De Deense keuken

Al fietsend word je met de neus op de horeca gedrukt. En dat is soms hard. Waar je in Duitsland op elke straathoek een Stehcafé aantreft waar ze koffie schenken en het heerlijkste gebak en brood verkopen, en als er geen Stehcafé is dan is er wel een restaurant of Kaffeestube, of een ijstent voor de dagelijkse Erdbeerbecher, moet je je in Denemarken wezenloos zoeken naar welke vorm van horeca dan ook, en als je er een gevonden hebt die toevallig niet failliet of om andere redenen dicht is, dan zijn ze verbaasd als je om de kaart vraagt, of als je om taart bij de koffie vraagt - koffie die in een thermoskan vol bij je neer gepleurd wordt trouwens - en dan denk je dat die bakkers allemaal van die heerlijke Danish pastry hebben, nou, dat is wel zo, maar bakkers zijn er nauwelijks, en die pastry komt je na een paar dagen ook wel de strot uit. In Hotel Klitheden in Norre Vorupor (streepjes door de o doen we niet aan) hebben we prima gegeten, maar verder komt de Deense keuken niet boven het niveau van Bram Ladage, die overigens voortreffelijke patat bakt. Maar de Denen hebben nog een paar dagen om zich te revancheren, voor we op de boot naar Oslo stappen.
De enige winkelketen die je hier aantreft heet heel thuizig Spar. Net als die goeie ouwe Spar in Hoogland. Toen die nog Spar heette. Hier hebben we nog geen AH gezien, maar zou die Spar hier misschien van ons Albert zijn?